string(2) "be"
array(7) { ["title"]=> string(0) "" ["type"]=> string(7) "website" ["url"]=> string(46) "https://schrijf.be/nl/blog/spel-zonder-grenzen" ["image"]=> string(23) "images/logo-schrijf.png" ["description"]=> string(0) "" ["site_name"]=> string(10) "Schrijf.be" ["locale"]=> string(5) "nl-BE" }
array(6) { ["title"]=> string(0) "" ["type"]=> string(7) "website" ["url"]=> string(46) "https://schrijf.be/nl/blog/spel-zonder-grenzen" ["image"]=> string(23) "images/logo-schrijf.png" ["description"]=> string(0) "" ["site_name"]=> string(10) "Schrijf.be" }
Spel zonder grenzen
Onlangs, tijdens een zeldzame slapeloze nacht, piekerde ik over mijn andere geliefde: taal. Ik vroeg me vooral af waarom het zo goed klikt tussen ons. Het antwoord kwam behoorlijk snel: omdat we ons samen zo goed amuseren. We lachen heel wat. En kleuren zo graag buiten de lijntjes van het schoonschrift. Ooit hebben ze geprobeerd ons uit elkaar te halen - toen ik een jaar lang Germaanse Filologie volgde, en vaststelde met welk sérieux mijn geliefde daar behandeld werd. Vluchten was het enige wat ik op dat moment kon doen.
Toekan
Lachen dus. Vooral om de woordspelingen en taalspelletjes die mijn vader vroeger - als alternatief dessert - serveerde. Strikt genomen klopten die niet altijd, maar wie maalde erom: ze waren smakelijk, grappig, én maakten duidelijk hoeveel je met taal kunt doen. Ik werd verliefd aan tafel.
Deze zijn me altijd bijgebleven:
- Een zin met het woord ‘toekan’? Ik eet soms zoveel dat mijn broek niet meer ‘toekan’.
- Ik hoorde een stommeling op de trap. Het was mijn broer.
- De Indianen leden zware verliezen. Ze waren dringend aan Winnetou.
- Een zin met ‘niettegenstaande’? Ik vraag de mensen om te liggen - ik kan ‘niettegenstaande’.
Dat blijft voor mij nog altijd de grootste troef van taal: de gigantische speelruimte. Een goed gevonden taalspelletje blinkt mijn dag op. Ook als dat niet in het Nederlands is. Zo las ik onlangs deze: A Buddhist came to a hot dog stand, and said: “Make me one with everything.” 't Is even kauwen, maar o, wat is het lekker!