string(2) "be"
array(7) { ["title"]=> string(0) "" ["type"]=> string(7) "website" ["url"]=> string(41) "https://schrijf.be/nl/blog/koning-te-rijk" ["image"]=> string(23) "images/logo-schrijf.png" ["description"]=> string(0) "" ["site_name"]=> string(10) "Schrijf.be" ["locale"]=> string(5) "nl-BE" }
array(6) { ["title"]=> string(0) "" ["type"]=> string(7) "website" ["url"]=> string(41) "https://schrijf.be/nl/blog/koning-te-rijk" ["image"]=> string(23) "images/logo-schrijf.png" ["description"]=> string(0) "" ["site_name"]=> string(10) "Schrijf.be" }
Koning te rijk
Hebt u dat ook? Dat u plots bij platgetreden woorden stilstaat? Of stopt bij uitdrukkingen waarvoor u nooit eerder de pas inhield? En dat u zich ineens verwonderd afvraagt waar ze vandaan komen? Het overkomt mij geregeld.
Leonardo of Croesus?
Zoals nu. Ik wil schrijven dat iemand zich gezegend voelt. "Ik ben de koning te rijk", zeg je dan met een platitude. Maar waar komt die uitdrukking vandaan? En wat betekende ze oorspronkelijk? Dat je je rijker dan Croesus waant, zoals ik het tot vandaag verstond? Of dat je - net als Leonardo di Caprio op de voorplecht van de Titanic - je de koning van een wereldrijk voelt?
Van de hemel naar de prins
Van Dale geeft als alternatief voor de uitdrukking: de keizer te rijk zijn, de prins te rijk zijn, de hemel te rijk zijn. Meer informatie vind ik niet. En dus blijven mijn gedachten bij het onderwerp drentelen. Helpt u, alerte lezer, me weer vooruit? Geeft u me het kompas waarmee ik dit ingeslepen gezegde met nieuwe ogen kan benaderen? Deze taalpelgrim dankt u.